Jan Bakker richtte de loopgroep ‘de Warmlopers’ op. Hij begeleidt lopers en geeft ze tips. De 65-jarige Jan Bakker schaatste drie keer de Elfstedentocht. Hij is dankbaar dat hij zo gezond is. ‘Ik erger me weleens aan mensen die zeggen dat gezondheid maakbaar is.’
Jan Bakker kijkt naar buiten terwijl de koffie pruttelt. Buiten loopt de temperatuur langzaam op, de bomen zijn nog altijd besneeuwd met een klein wit dekentje. ‘Prachtig hè’, merkt de 65-jarige, maar nog altijd kwieke Jan Bakker op. ‘Gisteren heb ik nog geschaatst in Biddinghuizen. Dat was voor het eerst in vier jaar. Ik schaats alleen met temperaturen onder nul. Er is niets fijners.’
Bakker, woonachtig in Zwolle, is een manusje van alles als het om sport gaat. Fietsen, wandelen, veld- en zaalvoetbal, zwemmen, hardlopen; al deze sporten beoefende of beoefent de net gepensioneerde enthousiasteling. Drie keer reed hij de Elfstedentocht, in 1985, 1986 en 1997. Twee daarvan reed hij uit. ‘Pas achteraf ben ik trots op die prestaties. Tijdens de tocht was ik daar écht niet mee bezig. Wat de Elfstedentocht zo mooi maakt? Ik denk de wisselwerking tussen publiek en schaatsers. Die was fantastisch. Je werd als het ware vooruitgeduwd door de toeschouwers. Zeker bij de kluunplekken, waarbij je een kleine afstand over vloerkleden moest afleggen. Dat waren pittige meters.’
Of Bakker de tocht der tochten nog gaat rijden weet hij niet, ‘maar m’n startkaart ligt klaar’, lacht hij. ‘Ik word ouder en dan ga je toch nadenken: heb ik het er nog wel voor over? Je raakt – naarmate je ouder wordt – je onbevangenheid wat kwijt. Maar ach, als het zover is, moet ik het nog zien.’
Drie keer de Elfstedentocht rijden is mooi, maar het waren naar eigen zeggen niet Bakkers grootste prestaties op sportgebied. Die haalt hij uit andere zaken. Zaken die er volgens hem pas écht toe doen in het leven. In 2007 richtte de Zwollenaar een loopgroep op: de Warmlopers. Doel: naast gezondheid en gezelligheid halen de Warmlopers geld op voor goede doelen. Bakker begeleidt lopers en geeft ze praktische tips. ‘Fantastisch om te doen, het geeft me veel voldoening.’
Vanwaar die passie om mensen te helpen?
‘Mijn grootste inspiratiebron is gezondheid. Gezondheid is een ongelooflijk groot cadeau en absoluut geen garantie. Ik erger me weleens aan mensen die zeggen dat gezondheid maakbaar is. Absoluut niet, we hebben zelf helemaal niets in de hand. Daar is m’n passie om me via sport voor goede doelen in te zetten uit ontstaan. Het heeft ook te maken met het overlijden van mijn dochter Janneke, in 1994. Ze is op vijftienjarige leeftijd overleden aan de gevolgen van een hersentumor. Dat was ingrijpend. Ik heb de machteloosheid van toen omgezet in positieve energie om andere mensen te helpen. Ik ben dankbaar dat ik via sport iets moois kan doen voor mensen die het minder hebben, in mentaal of lichamelijk opzicht.’
Aan wat voor dingen moet ik dan denken?
‘Als Warmlopers werken we toe naar de halve marathon van Zwolle. We hebben een vaste kern van zo’n 45 hardlopers, maar rondom de halve marathon breidt de groep zich soms wel uit tot honderd personen. Daarbij draagt iedereen een steentje bij aan een goed doel. We steunen – en dat is per jaar verschillend – altijd een lokaal project en een groter project, zoals nu in Sri Lanka, het Nambikay (staat voor hoop) project.’
En noem eens een lokaal project?
‘We zijn nu bezig met een project voor mensen die om een of andere reden buiten het arbeidsproces zijn geraakt: de Gift City. Dat is – en dat zeg ik uit volle overtuiging – een uniek project. De Gift City bestaat onder andere uit een winkel waar restpartijen van ondernemers worden aangeboden. Het is een plek waar iedereen terechtkan. Daar werken mensen die mentaal of lichamelijk onder aan de ladder van de maatschappij staan. Het bijzondere is dat we nu met twaalf van die medewerkers aan het hardlopen zijn. We werken met een gediplomeerde trainer toe naar de halve marathon of de 4 Engelse Mijlen van Zwolle, een parcours van ruim zes kilometer. Heel bijzonder. Deze mensen hebben plezier, werken aan hun gezondheid en halen er voldoening uit.’
U bent een teamplayer …
‘Haha, ja, ik denk het wel. Het groepsgevoel doet me altijd enorm goed, je kunt elkaar motiveren. Het is niet zo dat ik geen discipline heb om alleen te sporten. Nee, vanmiddag ga ik bijvoorbeeld een stuk rennen langs de IJssel. Maar ik durf best wel te stellen dat de positieve aspecten van het sporten in een groep me pakken. Het is mooi om elkaar te helpen en bij te staan.’
Bron: Nederlands Dagblad – 1 februari 2017
Auteur: Harm Bosma